LELYSTAD – De voorlopige hechtenis van Muhanad en Mohamed al N., de broers van de 18-jarige Ryan die op 28 mei 2024 dood werd aangetroffen in het water langs de Knardijk bij Lelystad, wordt niet opgeheven. De rechtbank in Lelystad ziet voldoende gronden om hun detentie voort te zetten.
De advocaten van de broers betoogden dat er tijdens het inmiddels dertien maanden durende onderzoek geen direct bewijs is gevonden dat Mohamed en Muhanad aanwezig waren op de locatie waar hun zus om het leven kwam. Hun vader, Khaled al N., is na het incident naar Syrië gevlucht. Vanuit zijn verblijf daar verklaarde hij als enige verantwoordelijk te zijn voor haar dood.
Toch stelt het Openbaar Ministerie (OM) dat de rol van de broers aanzienlijk is. Volgens de officieren van justitie hebben zij doelbewust meegewerkt aan het ophalen en meenemen van hun zus vanuit Rotterdam, waar zij zich had opgesloten in de badkamer. Tijdens de rit zou er via telefoongesprekken met hun vader overlegd zijn over het vastbinden van Ryan en het achterlaten in het water. Het OM beschouwt hen daarom als medeplegers van de moord – een zwaardere aanklacht dan medeplichtigheid.
Ryan werd gevonden met tape om haar polsen, enkels en hoofd. Ze bleek te zijn verdronken. Dna van haar vader werd aangetroffen onder haar nagels en op de tape. In haar linkerschoen, teruggevonden in het water, zat haar telefoonhoesje met een vingerafdruk van Mohamed. Dat er geen dna van de broers op de tape is gevonden, sluit volgens het OM hun betrokkenheid niet uit.
Daarnaast zouden er in de periode voor haar overlijden berichten zijn uitgewisseld tussen familieleden waarin mogelijke geweldsopties tegen Ryan werden besproken. Ze kreeg korte tijd bescherming toegewezen. De verdediging stelt dat deze gesprekken niet serieus bedoeld waren en dat er nooit daadwerkelijk iets gebeurde.
Beide broers ontkennen elke betrokkenheid. Volgens hun advocaten was er geen sprake van geweld tijdens de uren dat zij alleen met Ryan waren. Mohamed verklaarde dat hij haar slechts had weggebracht en een verkeerde inschatting maakte.
Mohamed werd gearresteerd vlak voor zijn geplande huwelijk en verzocht de rechtbank om zijn hechtenis tijdelijk te schorsen om alsnog te kunnen trouwen. Dit verzoek werd afgewezen. In de zitting verklaarde hij onlangs nog te zijn aangevallen in detentie door een man van wie hij eerder een zelfdoding had voorkomen.
Het OM heeft een arabist aangesteld om de gesprekken binnen de familie te duiden in de context van cultuur en religie. Deze deskundige zal later tijdens de inhoudelijke behandeling toelichting geven. De rechtszaak wordt op 27 en 28 november inhoudelijk behandeld.